Deze bundel begint met een herdefiniëring van wat poëzie betekent en dat gebeurt in het gedicht 'Het onbeduidende'. Over vorm en inhoud gaat het in 'Het verborgene': in korte regels schrijft Huigen een gedicht dat zo twee pagina's beslaat. In 'Strekking' wordt getoond dat niet alleen denken ongrijpbaar is, maar zien eveneens en hoe lastig het is om iets te begrijpen. Steeds komt Huigen in deze bundel terug bij de vraag wat poëzie eigenlijk is en nergens duidelijker dan in het gedicht met de titel 'Poëzie is'.